Juridische Beoordeling van Correctie bij Valse Informatie in Huurverlaging
Inleiding
De vraag of een verhuurder twee jaar na een procedure van huurverlaging, waarin de huurder valse informatie heeft gegeven, nog een correctie kan krijgen, is complex en hangt af van verschillende juridische factoren. Hieronder geef ik een overzicht van de relevante juridische overwegingen.
Verjaringstermijn en Betwisting
Verjaringstermijn: In Nederland is de termijn voor het indienen van een rechtsvordering doorgaans vijf jaar, te rekenen vanaf het moment dat men bekend is met de feiten waarop de vordering is gebaseerd. In dit geval zou dat het moment zijn waarop de verhuurder ontdekte dat de huurder valse informatie heeft verstrekt.
Herziening van de uitspraak: Als de huurverlaging is gebaseerd op een rechterlijke uitspraak, kan de verhuurder mogelijk een herziening van de uitspraak aanvragen. Dit moet echter binnen drie maanden na ontdekking van de nieuwe feiten gebeuren. De verhuurder zou moeten aantonen dat de valse informatie essentieel was voor de oorspronkelijke beslissing.
Fraude en Misleiding
Fraude: Als de huurder opzettelijk valse informatie heeft verstrekt, kan dit beschouwd worden als fraude. De verhuurder zou een civiele procedure kunnen starten op basis van dwaling of bedrog om de oorspronkelijke beslissing aan te vechten of schadevergoeding te eisen.
Bewijsvoering: De verhuurder zal moeten bewijzen dat de informatie inderdaad vals was en dat deze informatie een aanzienlijke invloed heeft gehad op de beslissing van de huurverlaging.
Conclusie
De mogelijkheid voor een verhuurder om na twee jaar nog correctie te krijgen hangt af van de specifieke omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de valse informatie en het moment waarop deze werd ontdekt. Juridisch advies van een advocaat is aan te raden om de haalbaarheid van een dergelijke correctie te beoordelen en de juiste juridische stappen te ondernemen.